Robbert Cornelis de Bruijn

1909-1945

0

Oorlogsslachtoffer

Is 35 jaar geworden

Geboren op 14-04-1909 in Waddinxveen 

Overleden op 22-02-1945 in Balingen, Landkreis Balingen 


Beroep

Bijdragen

De volgende bijdragen zijn door bezoekers toegevoegd:

Robbert Cornelis de Bruijn

Robbert Cornelis de Bruijn Tussen de namen die voorkomen in het ‘Supplement’, de lijst van Waddinxveense oorlogsslachtoffers waarvan niet bekend is of zij ten tijde van het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog nog banden handen met hun... Lees meer
Robbert Cornelis de Bruijn Tussen de namen die voorkomen in het ‘Supplement’, de lijst van Waddinxveense oorlogsslachtoffers waarvan niet bekend is of zij ten tijde van het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog nog banden handen met hun geboortedorp, stond ook de naam van: Robbert Cornelis de Bruijn geboren te Waddinxveen op 14 april 1909 overleden te Balingen/Dl op 22 februari 1945 begraven op het Nederlandse ereveld Frankfurt am Main van beroep glasslijper gegevens verkregen via de Nederlandse Oorlogsgravenstichting. Voor de rest was ons over deze dwangarbeider niets bekend. Uitgebreide navraag in het dorp, vooral bij mensen met dezelfde familienaam, leverde geen resultaat op. Tot 15 mei 2013. Toen meldde zich zijn jongste dochter Lia de Bruijn met het volgende verhaal:‘Mijn vader Cees de Bruijn werkte als slijper bij Van Dijken Glas- en Spiegelindustrie aan de Zuidkade, voorheen Hollandia Glas. Wij woonden: Kerkweg 105 -het derde huis vanaf de spoorwegovergang- aan de kant van de Petteplas. M’n moeder heette Elizabeth Willemijntje -Bets- Brouwer. Ze kwam uit Zevenhuizen. Mijn ouders trouwden op 22 februari 1934 in de Brugkerk. Wij waren met drie kinderen: Francina -Siena-, geboren in 1934, Dirk in 1935 en ik -Alida, Lia- in 1939. Ook mijn vader moest in 1943 als dwangarbeider naar Duitsland. Hij kwam in Balingen terecht. Daarvandaan is hij nooit teruggekeerd. Natuurlijk had hij naar huis willen gaan, zeker toen moeder ernstig ziek werd. Maar het werd hem verboden uit vrees dat hij niet meer terug zou komen. Andere mannen hadden dat inderdaad gedaan; achtergebleven dwangarbeiders werden daarvoor vaak ongenadig bestraft. Siena en Dik hebben wat keren bij het station gezeten in de hoop dat vader met de volgende trein zou komen. Tevergeefs… Aanvankelijk konden er nog brieven heen en weer gestuurd worden. Zo hebben we een briefje van vader uit ’43 met felicitaties voor Dik, die op 16 december 8 jaar werd. Vader was bezorgd over z’n zoon: … je papa vind het zelf ook jammer hoor, dat ik zoo lang bij jullie vandaan moet blijven. Zal je nu ook eens kalm wezen dat je gauw weer beter ben. En zal je ook een beetje liever zijn voor je lieve mamma, want die doet toch goed haar best om jou weer beter te maken, beloof je dat, lieve Dik. Want als je beter ben kan je weer hout en krullen halen, want die zal mamma wel weer nodig hebben als het koud is”. Er is nog een brief bewaard gebleven, geschreven door oom Willem van Ringelenstein uit Friedrichroda, waar hij als dwangarbeider tewerkgesteld was, aan vader in Balingen. Oom Willem was vaders zwager. Die brief is verstuurd op 25 september 1944 en daarin schrijft hij over de ernstige situatie thuis in Waddinxveen: “Ja Corn. ik ben nog een paar maal thuis geweest maar jij bent nu al zoo lang van huis zonder verlof. Hoe is het met de post. Ik heb de laatste brief allang binnen, het is die van 14 Sept…. Juist in deze brief zat een foto van Engel (Willems vrouw), Cor (zoontje) en mijn Moeder. Nu ik kan je niet zeggen hoe blij ik daar mede was. Wat zullen wij terug vinden van onze familie en vooral van onze vrouw en kinderen? Maar Cornelis ik weet niet of ze jou nog wat hebben geschreven van Bets van jou. Nu mij hebben ze bericht dat Bets weer in het ziekenhuis is. Ze is daar geopereerd in haar buik. En moet geweldig pijn gehad hebben want ze kon niet weggemaakt worden. Ze was zeer zwak zij de dokter. Wij zullen hopen Corn. dat alles nog goed afloopt en ik hoop dat jelui elkaar weer gezond terug moge zien. God geve dat het zo moge zijn. Laten wij er voor bidden Cornelis”. Op 27 september is moeder in het Goudse Diaconessenhuis ‘De Wijk’ overleden. Vader mocht zelfs niet voor de begrafenis thuiskomen. Wij, de kinderen moesten toen bij familieleden worden ondergebracht tot vader zou zijn teruggekeerd. Helaas is dat nooit gebeurd. Hij is op 22 februari 1945 in Balingen bij een bombardement omgekomen, terwijl hij wachtliep in de nacht. Dat was iets meer dan twee maanden voor de bevrijding. M’n zus Siena kwam bij tante Engeltje terecht, een zuster van vader, die getrouwd was met Willem van Ringelenstein. Zij woonden aan de Jan Dorrekenskade. Toen er gezinsuitbreiding kwam, verhuisde Siena naar grootmoeder de Bruijn, die bij ons aan de overkant van de Kerkweg woonde; opa Aart de Bruijn, een timmerman, was al gestorven. Siena heeft na de oorlog met haar man Willem Vandertuin een bestaan in Canada -Brantford Ontario- opgebouwd. Dik, mijn broer, ging naar een oom en tante, Gijs en Adriana de Rooij, zuster van vader. Zij woonden ook aan de Kerkweg. Hij werkte bij Verheul als chef in de productiehal. Oom Gijs was voogd over ons evenals oom Piet Brouwer, de broer van m’n moeder; we moesten twee voogden hebben. Dik is getrouwd met Elly Lagrouw en predikant geworden. Hij overleed in 1994. Ik werd bij m’n grootmoeder van moederskant in Zevenhuizen ondergebracht, Aaltje van Veen en haar tweede man Nicolaas Jansen. Oma was eerder getrouwd geweest met Dirk Brouwer. Eerlijk gezegd bewaar ik aan mijn jeugd geen gelukkige herinneringen. We hadden natuurlijk hele verdrietige dingen meegemaakt, ons gezinnetje was uit elkaar gevallen en de sfeer bij oma Jansen was niet wat je noemt prettig, streng vooral. Na de oorlog heb ik enige tijd bij m’n zus in Canada gewoond. Later ben ik in Bodegraven terecht gekomen. Daar heb ik bij een bank gewerkt. Behalve die paar brieven en een foto van vader heb ik van thuis heel weinig. Ons huis aan de Kerkweg is, toen wij vertrokken waren, tijdelijk bewoond geweest door tante Rie, een zuster van vader. In maart ‘45 heeft een bom op het spoor ook het huis geraakt. Heel veel spullen zijn toen kapotgegaan en verdwenen. Wel zijn kort na de bevrijding 2 mannen uit Oss bij opoe De Bruijn geweest om vaders horloge, trouwring en portefeuille terug te brengen. Zij hadden met hem in Balingen gezeten en vertelden wat er gebeurd was. Opoe heeft daarna een rouwadvertentie gezet in het ‘ Weekblad voor Waddinxveen’, dat nog maar net bestond. Oom Willem van Ringelenstein is uit Duitsland teruggekeerd. Dit is mijn verhaal en dat van ons gezin. Ik ben blij, dat het nu is vastgelegd. En dat de naam van mijn vader als oorlogsslachtoffer aan de vergetelheid is ontrukt. Te begrijpen, dat we na de oorlog moeilijk konden worden opgespoord; we waren als achtergebleven kinderen uiteindelijk ons huis en ons adres kwijt geraakt’. Auteur: Hans Geel Waddinxveen Sluiten
Bron: Het dorp Waddinxveen in de oorlog 1940-1945, Hans Geel Uitg. Burger boek

Geplaatst door J.D. Geel op 19 april 2017

Voeg zelf een monument toe

Log in om een monument toe te voegen

Voeg zelf een bijdrage toe

Log in om een bijdrage toe te voegen

Nederlands Ereveld Frankfurt


Vak/rij/nummer C57

Categorieën

Leg bloemen op dit graf

Wilt u graag bloemen laten leggen op dit graf, dan verzorgen wij dit graag voor u.
Bestel bloemen
Bloemen en kransen

Nationaal archief

Bekijk
Menu